Nathaniel Rateliff and The Night Sweats: ''Drank & Veteranen''

Een muzikale hommage aan de overvloed, van een strakke band met genoeg blazers. Dat is Tearing At The Seams, de nieuwe van Nathaniel Rateliff and The Night Sweats. De band committeert zich evenzeer aan de opvang van kansloze veteranen. Twee gezichten, één band.

Tekst door John Oomkes

 

Daniel Rateliff hangt tegen de gevel van zijn Amsterdamse hotel, tien minuten voor onze afspraak. Zijn pose is die van de antiheld uit een van de vele westerns die ons beider vroegste jeugd opsierden. Zijn houding verraadt iets van een verontschuldiging. De onschuld van een figurant op een filmset. Hoe anders komt de bebaarde zanger en frontman van The Night Sweats over voor een kolkende club. Dan maakt Nathaniel Rateliff (39) een metamorfose door van toneelvulling naar de man in de volgspot. De actie begint bij hem en keert bij hem terug, ongeacht hoe zijn blazers te keer gaan. Voor de microfoon is Rateliff een persoonlijkheid die beide gedaanten in zich verenigt en dus twee zielen in zich draagt. Nu eens introvert, dan weer extravert. Zowel live als bij interviews heeft hij een chaperon, zijn toetsenman Joseph Pope III (39). Een trouwe sideman die Rateliff aanvult wanneer nodig, corrigeert indien gevraagd en tegenwicht biedt indien noodzakelijk. De as van de band op een bankje in de hotelbar. “We vullen elkaars manco's op een natuurlijke manier aan'', giechelt Rateliff. “We houden elkaar op het rechte pad. Je kunt dit krankzinnige tourleven niet volhouden zonder iemand die je afremt. We zijn samen opgegroeid.'' “We kennen elkaar een slordige 24 jaar'', vult Pope aan.

S.O.B.

Chaperonnes door dik en dun. Dat moet ook wel als de hoeksteen van je liveset nog altijd de onverwoestbare showstopper S.O.B. is, boogiesong en getuigenislied in één. Het is de bekentenis van een dronkaard die de fles afzweert en er toch niet buiten kan. Nathaniel Rateliff laat zich verleiden nog één keer figuurlijk in het glas te kijken. Het is de essentie van het gevecht om overeind te blijven, sterk ondanks de vertwijfeling. Het is vergelijkbaar, suggereer ik, met blueszangers die telkens maar weer hun dues moesten betalen en daartoe uiteindelijk niet in staat bleken. Rateliff: “Het is te vroeg om te constateren dat het mij wel gaat lukken. Ik drink wel veel minder.” Hij lacht. “S.O.B. heeft veel voor ons betekend. Veel mensen in ons publiek herkenden zich in de worsteling met alcohol, terwijl ik misschien nog wel eerlijker ben geweest in andere songs. Ik probeer straight te blijven in hoe ik in het leven sta. Dat is voor mij de enige manier om er beter uit te komen.''

Now for seventeen years I've been throwing them back
Seventeen more will bury me
Can somebody please just tie me down
Or somebody give me a goddamn drink
(uit S.O.B.)

Dat verklaart een deel van het succes van Nathaniel Rateliff and The Night Sweats, en tegelijkertijd de respons die S.O.B. als showstopper heeft gehad. Het publiek spiegelt zich in zijn spiegelbeeld, het kan luid meebrullend, zondig en wel, het glas heffen. Pope: “Ik kan me misschien twee shows bestaan herinneren waarin het publiek niet het voortouw nam bij het refrein.'' Rateliff: “We leven in een samenleving die is gebaseerd op overvloed en verspilling. Drank vervult de rol van pijnverzachter en wordt dus om die reden getolereerd. Met drank lijk je het leven immers aan te kunnen.''

Voor we het beseffen, ligt daar een interessante parallel tussen S.O.B. en het alledaagse leven in hedendaags Amerika op tafel, met een president die zijn eigen zondeval zo lang mogelijk ontkent. Pope: “Met dit verschil dat hij zijn zwakheden niet erkent. S.O.B. is juist een ode aan het erkennen van je persoonlijke zwakheden. Ieder mens heeft misschien wel duizend zwaktes, faalt voortdurend. Iedere gelijkenis met die president is slechts schijn. Hij weet dat hij full of shit is, en hij beseft dat wij dat weten.'' Rateliff giechelt weer. “Ik weet niet of hij dat wel weet. Is hij wel president genoeg om dat toe te geven?'' Pope: “Ik denk dat hij beseft dat hij mensen een oor aannaait. Als ik hem zie bluffen tegenover het Amerikaanse publiek dat hij tot de grootste aanval op de werkloosheid in de geschiedenis in staat is en dan weer afreist naar zijn buitenverblijf om daar het applaus te ontvangen van mensen die behoren tot de rijkste 1 procent.''

Creamy

Tearing At The Seams, hun nieuwe album, is een hommage aan de muzikale overvloed, van een strakke band met een serieuze kopersectie. Rateliff: ,,We wisten tot voor kort niet of we dit muzikale concept live konden waarmaken. Acht mensen op tournee! En dan niet zomaar een willekeurige club blazers.” Pope: “We begonnen met een pool van uitzendkrachten die elkaar afwisselden. We hadden geen garantie dat we succes konden boeken en muzikanten aan het werk konden houden. Nu is het een eenheid en spelen we, laten we zeggen, creamy. Het is smeuïg. Dit gaat verder dan de riffs van de historische Staxbands. We willen persoonlijkheden op het podium. Die ervaring van drie jaar live spelen en dan de studio ingaan, hoor je in volle omvang op ons nieuwe album.''

Rateliff: “Daar komt bij dat we platen op de klassieke manier opnemen: met z'n allen tegelijk in een studio. We moeten werken met wat we hebben, met alle foutjes die dat nu eenmaal oplevert. Richard, onze producer, roept dan wel eens vertwijfeld dat we ons dergelijke foutjes niet kunnen permitteren, maar dat is nu eenmaal de prijs die je betaalt voor je lef en inzet. Als je nu terugluistert naar een jiveplaat van Ray Charles, dan staat het er ook niet allemaal even vlekkeloos op, maar de muziek leeft. Het heeft groove, het is krankzinnig, de muziek tilt je op. Je denkt enkel: wat een performer! Zo ver zijn wij nog niet, maar de laatste twee jaar hebben we gemiddeld tweehonderd keer op de bühne gestaan. We komen er wel.'' Pope: “Oké, en dan maak je een fout, maar als de club marcheert en swingt, dan komt dat over. Aan de andere kant: als je weet dat jij zelf een fout hebt gemaakt terwijl alle anderen precies deden wat ze moesten doen, dan sta je op en zeg je: ‘Sorry, guys’. Dit is een eerlijke band.''

Tearing At The Seams komt op stoom door een karakteristieke hammond langzaam warm te laten draaien. Een interessant statement: het beest komt tot leven. Rateliff: “We deden dat altijd al op het podium, maar in de studio werkte dat telkens niet. Dit was een van die sessies waar we geen van allen een druppel hebben gedronken.” Hij grijnst. “We namen de beslissing ons als monniken toe te leggen op het werk en ons niet te laten afleiden door welke versnapering dan ook. Zodra je drinkt, heb je opeens meningen over zaken die er helemaal niet toe doen. Elimineer die bijzaken en concentreer je op de vraag hoe je een liedje het beste kunt dienen.''

Veteranen

Nog een jaartje beulswerk en Nathaniel Rateliff kan het vierde kruisje afvinken. Hij lacht. “Je hebt het natuurlijk over een paar nieuwe songs waarin ik al wel de ballen opmaak, toch? Ik wil nu echt er alles uithalen wat er in zit, dat is het belangrijkste doel. Ik kan niet de rest van mijn leven the S.O.B.-guy uithangen.''

“Wat ik wel kan zijn? De mogelijkheden zijn grenzeloos. Ik kan een muzikant blijven, ik kan de mensen om me heen in Denver helpen. De band heeft een stichting opgericht met een fonds dat zorgt dat mensen die tegen hun wil op straat rondzwerven worden ondersteund in hun pogingen hun leven op orde te krijgen. Buiten zwerven ongeveer driehonderd veteranen rond. Het heet The Miracle Project en zo helpen we ze aan doktershulp of ondersteuning bij psychische problemen. En dat is nodig ook, deze mensen slagen er bijna nooit in de bureaucratische ellende te overwinnen om de juiste hulp te krijgen. Ik praat met ze, ik ken de meeste van die jongens bij naam. Hun uitzichtloosheid heeft een onmenselijk effect op ze. Dus behandel hen als mensen. Je weet nooit of een van ons ooit zo eindigt.''

Dit artikel is afkomstig van Popmagazine Heaven.  Meer Popmagazine Heaven? Kijk dan snel op de website: www.popmagazineheaven.nl