Josh Ritter: ''Frisse wind''

Zorgen over de wereld, in het bijzonder Amerika onder Donald Trump, rijen artiesten uiten ze, maar zelden in hun songs. Josh Ritter (42) doet dat wel met zijn nieuwe album Fever Breaks. De Amerikaanse singer-songwriter en storyteller komt gespierder voor de dag dan we gewend zijn. Hij gaf de productionele touwtjes uit handen, aan Jason Isbell. Dat was wel even wennen.

 

Tekst door Eddie Aarts (Heaven Magazine)

 

Fever Breaks is zonder meer Ritter’s meest politieke plaat tot nu toe, en hij stond al te boek als betrokken. Zijn reactie op de zorgelijke toestand in de wereld is onmiskenbaar, zij het goeddeels impliciet. De verrassende kracht van Fever Breaks zit daarnaast bijna voelbaar in het geluid. Dat komt mede op het conto van producer Jason Isbell en zijn 400 Unit, inclusief echtgenote Amanda Shires, prominent aanwezig als violiste (vooral in het confronterende The Torch Committee) en achtergrondzangeres. Alle composities zijn typisch Ritter, maar in de stevig aangezette openingsnummers Ground Don’t Want Me en Old Black Magic, en het bij vlagen gierende Losing Battles dwingt voormalig Drive By Trucker Isbell hem duidelijk ruiger terrein op. Fijne folky, countryliedjes maken kunnen ze natuurlijk allebei, en een song als A New Man, die zó van Isbell’s recentste albums had kunnen komen, maakt duidelijk hoe dicht hun stijlen bij elkaar liggen.

Ritter en Isbell kennen elkaar nog niet zo heel lang. Amanda Shires bewonderde Ritter’s werk al langer voor ze Isbell leerde kennen. Ze stelde de twee een paar jaar geleden aan elkaar voor, wat leidde tot een gezamenlijke tournee. Plannen voor verdere samenwerking hadden ze niet, vertelt Ritter. “Ik ging eigenlijk aan de slag zoals ik dat altijd doe. Vlak voordat ik begin te werken aan een nieuw album laad ik me een paar weken helemaal op en neem ik alles wat er om me heen gebeurt intensief in me op. Nu ook, maar terwijl ik er normaliter helemaal klaar ben, weerhield iets me nu. Noem het maar een soort artistieke ontevredenheid. Het begon tot me door te dringen dat het, na twintig jaar werken op min of meer dezelfde manier en vaak met dezelfde mensen, misschien goed zou zijn eens een frisse wind te laten waaien.”

Verwantschap
“Toen we tijdens die tour samen rondreisden, leerden we elkaar tamelijk goed leerden kennen. Ik voelde een bepaalde verwantschap met Jason en besloot een balletje op te gooien. Zonder er veel van te verwachten stuurde ik hem dus een berichtje of hij het misschien zag zitten mijn plaat te produceren en een beetje tot mijn verrassing reageerde hij positief. Vervolgens moest ik ervoor waken niet alles alsnog zelf te gaan regelen. De verleiding dingen toch weer op mijn eigen manier te doen zou dan te groot zijn. Jason kreeg dus de touwtjes in handen en mocht de voorwaarden bepalen. Hij stelde voor op te nemen in Nashville, met zíjn bandleden. Dat idee beviel me wel. Alles in orde dus, maar vlak voordat we de studio in gingen kneep ik hem toch flink. Pas toen drong het tot me door dat ik voor het eerst zou werken met volslagen nieuwe mensen, die ook artistieke beslissingen zouden nemen en daarmee voor een deel de controle over míjn werk zouden krijgen.”

Dat pakte echter wonderwel uit. “Toen ik mijn eerste schroom had overwonnen, verliep het allemaal erg soepel. Samen bepaalden we van dag tot dag waaraan we zouden gaan werken en al spelend ontdekten we vanzelf waar we tegenaan liepen.”

Huiswerk
Producer en songschrijver hadden al serieus huiswerk gedaan. Aan de opnames gingen een grondige voorbereiding en uitgebreide revisie vooraf. “Ik ga het liefst met behoorlijk complete ideeën aan de slag. Volgens mij is het niet goed voor het moreel wanneer iemand in de studio nog aan het schrijven is, terwijl de musici hun tijd verdoen met wachten. Ik was al eerder afgereisd naar Tennessee waar ik Jason en Amanda op hun veranda mijn materiaal voorspeelde. We hebben ter plekke al eerste keuzes gemaakt, maar ze waren vooral ook heel eerlijk in hun kritiek en suggesties. Ik voelde al snel dat ik nog flink aan de slag zou moeten. Terug in New York heb ik een deel van het materiaal dus echt compleet gereconstrueerd. Da’s even moeilijk, maar al snel bleek het juist zinnig, want door dieper te graven ontdekte ik dat onder mijn eerste concepten veel meer schuilging. Andere songs veranderden vooral van vorm en in een paar gevallen schaafde ik alleen een beetje bij.”

Josh Ritter komt op Fever Breaks serieuzer en donkerder over dan we – op het podium en de voorgaande platen – gewend zijn. Niet alle teksten zijn even makkelijk te doorgronden. “Dat kan wel kloppen. Mijn songs weerspiegelen de wereld waarin we leven en hoe ik die zie. En op dit moment vind ik die nu eenmaal behoorlijk griezelig. In All Some Kind Of Dream en Torch Committee hoor je vrij expliciet terug hoe doelloos ik het er aan toe vind gaan en welke zaken me angst aanjagen of zorgen baren. Maar je kunt niet elke song ‘uit krantenberichten bij elkaar scheuren’. Op andere momenten vind ik het allemaal onwerkelijk en vraag ik me af, soms retorisch, of wat ik ervaar en zie werkelijk gebeurt. En dat levert dan iets heel anders op.”

Roman
Ritter neemt zijn teksten serieus, soms zelfs tot nadat ze eigenlijk al ‘af’ zijn. Dat bleek vooral In 2011, toen hij zijn eerste, bijzonder positief ontvangen, roman Bright’s Passage publiceerde. Die kwam er, gaf hij destijds te kennen, als gevolg van enkele liedjes die na hun verschijnen toch niet helemaal voltooid bleken. Sedertdien zijn een paar dozijn songs verschenen; leverde dat inspiratie op voor meer literaire uitingen?

Lachend bekent hij dat inderdaad een paar heel ruwe concepten bestaan. “Maar het opvoeden van twee jonge kinderen zal er voorlopig wel voor zorgen dat het daarbij blijft”. De intentie blijft echter beslist. “Het schrijven van dat boek was een fantastische ervaring, die mijn leven enorm heeft verrijkt en op veel manieren doorwerkte. Allereerst voelde het als een persoonlijk avontuur, dat me deuren liet openen waarachter steeds een groter verhaal schuilging. Ik was verrast door de fysieke ervaring van zó schrijven en redigeren, en gefascineerd door de vrijheid die dat opleverde, vergeleken met het schrijven van een liedje. Het was overweldigend te ontdekken wat allemaal mogelijk was in het hoofd van een ‘schrijver’. Tegelijkertijd voelde vooral de eindredactie van het geheel weer ontzettend vertrouwd en bijna als het afronden van een song. Behalve dan dat een roman wel een waanzinnig lange song is”.

Hij beaamt dat zijn manier van songschrijven als gevolg van dat proces ook is veranderd. “Beslist. Ik merk dat ik de karakters die ik beschrijf of waarin ik mezelf verplaats veel nadrukkelijker uitwerk, tot bijna realistische personen. En dan gebeurt er iets interessants, want ik merk dat een soort empathisch-ontzagmechanisme wordt geactiveerd. Ik ga echt om ze geven en kan me vaak niet eens voorstellen dat ze iets slechts overkomt. Inmiddels heb ik ook geleerd daar niet altijd aan toe te geven, want juist het voortdurend balanceren tussen goed en kwaad maakt mijn werk volgens mij een stuk boeiender.”

Dit artikel is afkomstig van Popmagazine Heaven.  Meer Popmagazine Heaven? Kijk dan snel op de website: www.popmagazineheaven.nl