Programmatoelichting Berlioz: Symphonie fantastique

Lees hier de programmatoelichting voor het AVROTROS Vrijdagconcert – Berlioz: Symphonie fantastique op vrijdag 15 november. 


Uitvoerenden
Radio Filharmonisch Orkest
Groot Omroepkoor
Pablo Heras-Casado dirigent
Julia Selina Blank koordirigent
Sophie Harmsen mezzosopraan
Patrick Grahl tenor
Kartal Karagedik bariton

Felix Mendelssohn Bartholdy 1809-1847
Die erste Walpurgisnacht opus 60 (1831/1843)

  • Overture – Das schlechte Wetter
  • Der Übergang zum Frühling
  • Es lacht der Mai
  • Könnt ihr so verwegen handeln?
  • Wer Opfer heut zu bringen scheut
  • Verteilt euch, wackre Männer, hier
  • Diese dummen Pfaffenchristen
  • Kommt mit Zacken und mit Gabeln
  • So weit gebracht, dass wir bei Nacht
  • Hilf, ach hilf mir, Kriegsgeselle

PAUZE

Hector Berlioz 1803-1869
Symphonie fantastique opus 14 (1830)

  • Rêveries – Passions (Mijmeringen – Hartstochten)
  • Un bal (Een bal)
  • Scène aux champs (Scène op de velden)
  • Marche au supplice (Gang naar het schavot)
  • Songe d’une nuit du sabbat (Droom van een heksensabbat)

Heidense heksen en obsessieve liefde

Twee composities van twee componisten die een totaal andere kijk op muziek hadden, maar elkaar persoonlijk graag mochten. Maar ook twee werken waarin een heksen­ sabbat een grote rol speelt. De ene is een beschrijving van een heksenfeest volgens een oud volksverhaal, de andere is ontsproten uit de bizarre fantasie van een overspannen brein.

Goethe
Het was een bijzondere vriendschap tussen de oude eerbiedwaardige dichter Johann Wolfgang von Goethe en de jonge componist Felix Mendelssohn Bartholdy. Mendelssohns leermeester Carl Zelter, die goed bevriend was met Goethe, had hem in 1821 bij de beroemde schrijver geïntroduceerd. Goethe, zelf een groot liefhebber en redelijke kenner van muziek, was verrukt van de muzikale gaven van de jonge knaap en er ontstond een hartelijke vriendschap tussen beiden. In 1830 ging Mendelssohn, onderweg op zijn rondreis door Italië, nog uitgebreid op bezoek bij zijn oude vriend die hem overlaadde met goede muzikale adviezen en persoonlijke waarschuwingen. In Rome ontmoette hij Hector Berlioz en beide componisten raakten goed bevriend. Wel erkende Mendelssohn dat hij de Symphonie fantastique helemaal niets vond: “Af en toe klinken alle instrumenten samen als het ergste kattengejammer, zodat het pijn doet aan je oren.”

Goethe was verrukt dat zijn jonge protegé Mendelssohn het op zich wilde nemen.

Horde heidense duivels
In Rome kwam Mendelssohn ook in aanraking met de tekst van Goethes Die erste Walpurgisnacht. Het handelt over het volksverhaal dat aan het begin van de lente op de Brocken, de hoogste berg van de Harz, de heksen en demonen bij elkaar komen om de Walpurgisnacht te vieren. De plaatselijke christelijke bevolking probeert dat nog te voorkomen, maar wordt door de heidense creaturen honend verjaagd. Een opmerkelijke tekst, want in het uitgesproken christelijke Europa van de 19e eeuw liet hij uitgerekend de gelovigen een smadelijke nederlaag lijden tegen een horde heidense duivels. Goethe had de tekst opgezet met individueel optredende personages en spreekkoren zodat het zich uitstekend leende om als een cantate op muziek te zetten. Natuurlijk vroeg hij in eerste instantie aan Zelter om de muziek te componeren, maar die gaf het na twee pogingen op, hij vond het te ingewikkeld voor zijn, naar eigen zeggen, eenvoudige muzikale gaven. Goethe was dan ook verrukt dat zijn jonge protegé Mendelssohn het wel op zich wilde nemen. Begin 1831 schreef hij de eerste noten neer en halverwege dat jaar was het grotendeels af. Op de terugweg naar huis liet hij het bijna voltooide manuscript in Milaan zien aan Carl Thomas Mozart, de oudste zoon van Wolfgang Amadeus die er zijn grote bewondering over uitsprak. Een eerste uitvoering liet wel even op zich wachten. Die kwam er pas in januari 1833 tijdens een besloten concert in het ouderlijk huis in Berlijn, een gebeurtenis die Goethe niet meer kon meemaken omdat die een jaar tevoren was overleden. Zoals zo vaak was Mendelssohn met het eindresultaat niet tevreden. Tien jaar later nam hij het weer ter hand en werkte het geheel grondig om, waarbij er vrijwel geen noot gespaard werd. Deze versie, de tegenwoordig gebruikelijk gespeelde, ging in februari 1843 in het Leipziger Gewandhaus, waar Mendelssohn de scepter zwaaide over het orkest, in première. En laat nu bij die gelegenheid zijn oude vriend uit Rome, Berlioz aanwezig zijn geweest.

Hopeloos verliefd
De beroemdste liefdesgeschiedenis uit de muziekhistorie begon op 11 september 1827 in Parijs. Op die dag bezocht Hector Berlioz een voorstelling van Shakespeares Hamlet waarin een Ierse actrice, Harriet Smithson genaamd, meespeelde. Getroffen door haar schoonheid en acteerkunst ontvlamde het hart van de onverbeterlijke romanticus Berlioz en vanaf dat moment was hij hopeloos verliefd. Wanhopig probeerde hij haar te ontmoeten, maar zonder resultaat. Integendeel, Harrie vermeed elk contact met deze rare muzikale snuiter, en stuurde al zijn amoureuze brieven en attenties, waaronder enorme bossen bloemen, onverbiddelijk terug. Ontroostbaar was Berlioz toen zij een jaar later Parijs weer verliet. Als bloemen en brieven haar niet mochten vermurwen, dan misschien de muziek. Koortsachtig werkte Berlioz aan een grootse symfonie die hij aan zijn idool opdroeg. Het had tot op zekere hoogte ook een therapeutische werking, want het was, naast een muzikale schepping, ook een manier om zijn gemoed rond haar een plekje te geven. En die emoties waren behoorlijk heftig, in positieve maar ook in negatieve zin.

Als bloemen en brieven haar niet mochten vermurwen, dan misschien de muziek.

Rijke verbeeldingskracht
De Symphonie fantastique, zoals het werk de geschiedenis is ingegaan, is een ware programmatische symfonie waarin hij onverbloemd zijn tegenstrijdige gevoelens in een overspannen fantasie weergeeft. Basis voor de vijf delen waaruit het werk bestaat is een uitgebreid thema, een muzikaal ‘idée fixe’, dat zijn obsessie voor Harriet weergeeft. Berlioz zelf schreef voor de première een uitgebreide toelichting op het geheel. ‘Een jonge musicus met een ziekelijke overgevoeligheid en een rijke verbeeldingskracht vergiftigt zich in een aanval van liefdeswanhoop met opium. De ingenomen dosis, die te zwak is om hem te doden, dompelt hem in een diepe slaap met hevige dromen en vreemde visioenen, gedurende welke zijn sensatie, gevoelens en herinneringen zich in zijn zieke brein omzetten in muzikale gedachten en beelden’, aldus de opening van deze uitleg. Het eerste deel is nog vrij onschuldig. Na een korte inleiding klinkt het lang uitgesponnen thema, dat door zijn diffuse ritme en melodie zijn onbestemd verlangen weergeeft. Een verlangen dat soms verstild weemoedig, soms groots en overspannen het hele deel beheerst. In het tweede deel komt hij haar tegen op een bal, waar hij in extase met haar danst. Een scène op het platteland met zingende en spelende herders op een zwoele zomer­ avond moet rust brengen. Maar ook daar verschijnt zij plotseling en brengt hem in uiterste vertwijfeling terwijl in de verte een dreigend onweer rommelt. Maar dan gaat het mis. Door waanzin gedreven vermoordt hij zijn geliefde en in het vierde deel wordt hij, ter dood veroordeeld voor zijn wandaad, naar het schavot geleid. Even klinkt het ‘idée fixe’ als zijn laatste gedachte dat echter door de val van de bijl wreed wordt afgekapt. In de finale vindt hij zichzelf terug in de onderwereld te midden van een sinistere heksensabbat. Zijn geliefde verschijnt als een van de demonen, begeleid door het thema dat nu klinkt als een schrille dodendans vermengd met doodsklokken en de melodie van het Dies Irae uit de gregoriaanse dodenmis. De première op 5 december 1830 was een enorm succes. Hoewel de toehoorders verbijsterd waren door het uitgesproken programmatische karakter van de muziek en de volstrekt onconventionele manier waarop Berlioz dat liet klinken, waren ze gefascineerd door het ongehoorde resultaat.

Herminie, Estelle en Camille
En Harriet? Die had van dat alles niets door. Nota bene was ze op de dag van de première in Parijs waar ze in een van de theaters optrad. En wellicht was de liefde bij Berlioz al wel enigszins bekoeld. Dat blijkt misschien nog wel het beste uit het feit dat er rondom de Fantastique meerdere vrouwen een rol spelen, zoals Herminie, de hoofdpersoon van een cantate waarmee hij in 1828 vergeefs een gooi had gedaan naar de Prix de Rome. Het thema van de ‘idée fixe’ blijkt rechtstreeks uit deze compositie te komen. En de openingsmaten zijn ontleend aan een romance die hij als verliefde puber voor zijn eerste grote liefde Estelle had gecomponeerd. En had hij zich niet vlak voor de première verloofd met de beeldschone Camille Moke, een relatie die overigens op niets zou uitlopen? Harriet was inmiddels afgedaan als ‘die rot- meid van Smithson’. Het verhaal krijgt nog een verrassend staartje. In 1831 reist Berlioz naar Rome vanwege de Prix de Rome die hij eindelijk gewonnen heeft. Hij verveelt zich er stierlijk en beleeft er, behalve de vriendschap met Mendelssohn, weinig vreugde aan. Het jaar daarop keert hij terug en organiseert in december een nieuwe uitvoering van de Fantastique. Hoe verrast is hij dat Harriet Smithson daarbij aanwezig is. Ze ontmoeten elkaar, de liefde bloeit op – nu wederzijds – ze trouwen, krijgen zelfs een kind, maar het huwelijk is uiterst teleurstellend. Hij is nu een beroemd componist, zij een aan lager wal geraakte actrice die door een slecht geheelde beenbreuk mank loopt en na verloop van tijd aan de drank raakt. Berlioz verlaat haar voor een aantrekkelijke zangeres, maar zal haar wel tot haar dood in 1854 blijven ondersteunen. Daarmee verdwijnt Harriet in de vergetelheid als een curieuze voetnoot in de muziekgeschiedenis. Maar haar naam zal voor altijd verbonden blijven aan één van de meest iconische symfonieën ooit gecomponeerd.

Kees Wisse


Uitvoerenden

Radio Filharmonisch Orkest
Het Radio Filharmonisch Orkest is bij uitstek de ambassadeur voor nieuwe en onbekende muziek in Nederland en daarbuiten. Elke week laat het orkest publiek in de grote concertzalen van Nederland en talloze mensen thuis via radio en internet genieten van meesterwerken uit de klassieke muziek.

Groot Omroepkoor
Het Groot Omroepkoor is het enige professionele koor in Nederland dat is gespecialiseerd in symfonisch koor­ repertoire, dat zich uitstrekt van de grote bekende werken van alle tijden tot de nieuwste muziek die ze uitvoeren tijdens o.a. het NTR Zaterdagmatinee, het AVROTROS Vrijdagconcert en het Zondagochtend Concert, live te horen op NPOKlassiek.

Pablo Heras-Cassado dirigent
De Spaanse dirigent Pablo Heras-Casado is een van de grote dirigeertalenten van zijn generatie. Het prestigieuze operatijdschrift Opernwelt riep hem uit tot ‘Dirigent van het jaar 2024’, zij noemden hem ‘retorisch en poëtisch indrukwekkend’, omdat hij als geen ander muzikale verhalen tot leven brengt. Hij dirigeerde de belangrijkste orkesten ter wereld, waaronder Berliner Philharmoniker, de Wiener Philharmoniker, het Koninklijk Concertgebouworkest, het London Symphony Orchestra en vele andere. In 2024 maakte hij een succesvol debuut op de Bayreuther Festspiele, waar hij Wagners Parsifal dirigeerde. Hij is een graag geziene gast bij de Wiener Staatsoper en leidde ook voorstellingen in Teatro alla Scala in Milaan, The Metropolitan Opera in New York en Festival d’Aix-en-Provence. Zijn uitgebreide discografie leverde hem twee maal de Preis der Deutschen Schallplattenkritik op, twee Diapason d’Or, en een Latin Grammy.

Julia Selina Blank koordirigent
De jonge Duitse koordirigent Julia Selina Blank is een veelgevraagde gastdirigent en koorleider bij ensembles als het Beierse Radiokoor, het Rias Kammerchor, het Zweedse radiokoor, Chorwerk Ruhr en het Noorse solistenkoor. Ze is medeoprichter en dirigent van het JSB-Ensemble Oslo dat zich met name richt op het in kleine bezetting uitvoeren van vocale werken van J.S. Bach. Julia Selina won de tweede prijs bij de Eric Ericson Award 2021 en de eerste prijs bij de World Choral Conducting Competition in Hong Kong 2019 en de London International Choral Conducting Competition 2018. Ze was ook finalist bij de competitie German Choral Conductors Prize 2021 met Rias Kammerchor. Blank studeerde koordirectie bij Michael Gläser in München, Fredrik Malmberg in Stockholm en Grete Pedersen in Oslo en volgde master- classes bij dirigenten als Anders Eby, Stefan Parkman, Justin Doyle en Daniel Reuss.

Sophie Harmsen mezzosopraan
De Canadese mezzosopraan Sophie Harmsen studeerde aan de universiteit van Kaapstad en in Duitsland bij Edith Wiens. Ze zong in operahuizen en concertzalen onder leiding van dirigenten als Philippe Herreweghe, René Jacobs, Iván Fischer, Daniel Harding, Thomas Hengelbrock, Manfred Honeck, Václav Luks, Raphaël Pichon en Markus Stenz. Sophie Harmsen was te gast op de festivals van Salzburg, Schleswig-Holstein en Rheingau en soleerde bij het Gewandhausorchester Leipzig, het SWR Symphonieorchester, de Akademie für Alte Musik Berlin, het RIAS Kammerchor en het Israël Filharmonisch Orkest.

Patrick Grahl tenor
Tenor Patrick Grahl won in 2016 het Internationale Bach Concours in Leipzig, de stad waar hij bij Berthold Schmid aan de Musikhochschule studeerde, en de stad waar hij als jongen zijn muzikale loopbaan begon bij het ooit nog door Johann Sebastian Bach zelf geleide Thomanerchor. Hij zong met het Gewandhausorchester Leipzig, de Dresdner Philharmonie en het London Symphony Orchestra en werkte met dirigenten als John Eliot Gardiner, Daniele Gatti, Hartmut Haenchen, Ton Koopman, Andrew Manze, Hans-Christoph Rademann en Andreas Scholl. Hij zingt graag concertrepertoire, oratoria en opera, maar heeft ook een grote voorliefde voor het Liedrepertoire.

Kartal Karagedik bariton
Bariton Kartal Karagedik werd geboren in Turkije en voltooide zijn zangstudie in zijn geboortestad Izmir en aan de Accademia Dell’Opera Italiana in Bologna. Hij is sinds het seizoen 2015/16 resident artist bij de Staatsoper van Hamburg. Hij trad op in grote Europese operahuizen en concertzalen, evenals op internationale festivals. Daarvoor was hij lid van het ensemble van het Theater Magdeburg en van het Theater Erfurt. Karagedik is een veelzijdig zanger die zowel in het repertoire van Mozart en Rossini als Puccini en Tsjaikovsky hoge ogen gooit. Recent zong hij Zurga in Bizets Parelvissers bij de Opera Vlaanderen, Enrico in Donizetti’s Lucia di Lammermoor bij de Staatsoper Hamburg en Léon in Messiaens Saint François d’Assise bij de Elbphilharmonie. Naast zijn zangcarrière is Kartal ook een gevierd en bekroond fotograaf. Sinds 2014 hebben zijn fototentoonstellingen brede publieke erkenning gekregen.

CONCERTTIPS



Duurzaamheid

De missie van TivoliVredenburg luidt: een leven lang muziek voor iedereen. Daarin zit duurzaamheid verankerd: we maken ons hard voor een toekomstbestendige, en dus duurzame bedrijfsvoering. Door de programmatoelichtingen digitaal te maken help je ons mee om bij te dragen aan een groenere planeet. Bekijk hier wat we nog meer doen op het gebied van duurzaamheid.