De kerkenmarathon is inclusief koek en zopie. 

Klinkt tijdens het slotconcert op maandag 30 december het weergaloze Eerste strijksextet van Johannes Brahms, vanavond wordt de spits afgebeten door Erich Korngold, met een werk voor dezelfde bezetting. Je kunt het beschouwen als directe erfenis van Brahms: hoogromantisch, stevig van textuur, energiek en – vooral – van hoge kwaliteit; ten onrechte werd het geen ijzeren repertoire. Toen wonderkind Korngold van leraar wisselde, schreef Alexander Zemlinsky hem: ‘Ik hoor dat je nu bij Graedener studeert. En, maakt hij vorderingen?…’ In het tweede deel van dit drieluik komt Brahms tot klinken, met zijn aan het rustieke Thunermeer geschreven Derde vioolsonate. Clara Schumann betitelde deze als ‘prachtig en betoverend’.

Ook klinkt het pastorale Fluitkwartet dat Lex van Delden in 1958 schreef. Waarna in de Nicolaïkerk het woord is aan het Nationaal Vrouwen Jeugdkoor, in onder meer een werk waarvan de inkt nog nat is: To everything there is a season van Britta Byström. Aan deze première draagt ook Janine zelf bij. Daarnaast klinkt een veelkleurig koorprogramma, met onder andere Brittens Missa brevis (met Jan Jansen op orgel), a cappella-werken en zelfs een canon met het publiek.